Patiëntdossier: overdracht aan andere zorginstelling zónder toestemming patiënt

Zorgverleners, zoals huisartsen, tandartsen en specialisten, leggen de medische gegevens van hun patiënten vast in een medisch dossier. De rechten van patiënten en plichten van zorgverleners daarbij zijn wettelijk vastgelegd.

Op grond van de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) zijn zorgverleners verplicht een medisch dossier bij te houden. De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) schrijft voor dat zorgverleners medische dossiers goed moeten beveiligen. Zij moeten er bijvoorbeeld voor zorgdragen dat alleen bevoegde personen toegang hebben tot het dossier van een patiënt.[1] De rechten van patiënten bij hun medisch dossier staan deels in de WGBO, deels in de AVG. Ook in de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg (Wabvpz) zijn bepalingen opgenomen over de rechten van patiënten.

Patiënten hebben het recht hun medisch dossier in te zien en om correctie, aanvulling, of vernietiging van hun dossier te vragen. Ook kunnen zij vragen hun gegevens over te dragen (recht op dataportabiliteit). Bij het recht op dataportabiliteit gaat het niet alleen om gegevens die de patiënt actief en bewust heeft verstrekt, zoals de accountgegevens (e-mailadres, gebruikersnaam, leeftijd etc.) die de patiënt op een online formulier heeft ingevuld. Het gaat ook om de gegevens die de patiënt heeft ‘verstrekt’ door een dienst of apparaat te gebruiken. Bijvoorbeeld diens zoekgeschiedenis of locatiegegevens. Of andere (ruwe) data, zoals diens hartslag die via een fitnesstracker is vastgelegd. De zorgverlener hoeft géén afgeleide gegevens te verstrekken, dat wil zeggen de gegevens die de organisatie zelf heeft gegenereerd door bijvoorbeeld data-analyse.

Hoe zit het nu met dataportabiliteit op verzoek van de organisatie in plaats van de patiënt? De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft rond augustus 2019 een nieuw standpunt ingenomen over de overdracht van patiëntendossiers bij bijvoorbeeld een overname van een praktijk.[2] Naar aanleiding van een advies van de AP aan een zorgverlener over de AVG, heeft de VvAA aan AP gevraagd om een duidelijk standpunt in te nemen. Het AP heeft aangegeven dat patiënten géén expliciete toestemming hoeft te worden gevraagd voor de overdracht van hun dossier. Dit is een wijziging in het eerdere standpunt dat patiënten wél expliciete toestemming moeten geven. Dit zou namelijk gevolgen hebben voor de continuïteit van de zorg. In samenwerking met beroepsorganisaties (waaronder de KNMG, de LHV en de KNMT) is daarbij aangegeven dat de gebruikelijke handelwijze (informeren en mogelijkheid tot bezwaar) volgens de AVG wetgeving is. De AP volgt deze visie dus nu. Op de website van de VvAA is overigens opgenomen dat de AP binnenkort het standpunt over de eisen aan de overdracht van patiëntengegevens bij een praktijkoverdracht op haar site publiceert.[3]

[1] https://autoriteitpersoonsgegevens.nl

[2] https://www.vvaa.nl/voor-leden/nieuws/europese-privacyregels-staan-overdracht-patientendossiers-niet-in-de-weg

[3] https://www.vvaa.nl/voor-leden/nieuws/europese-privacyregels-staan-overdracht-patientendossiers-niet-in-de-weg

Top